Deel 2: non-concurrentiebedingen – de zaak Tommy Hilfiger onder de Loep
Non-concurrentiebedingen zijn een essentieel onderdeel van franchiseovereenkomsten. Ze beschermen de franchiseformule door te voorkomen dat franchisenemers tijdens of na de samenwerking concurrerende activiteiten ondernemen. Maar wat gebeurt er als een franchisegever het beding inconsistent handhaaft? De Tommy Hilfiger-zaak biedt waardevolle inzichten in de grenzen en afdwingbaarheid van deze bedingen.
Terugblik op deel 1
In Deel 1 bespraken we hoe de beëindiging van franchiseovereenkomsten kan leiden tot juridische conflicten, zoals in de Leenbakker-zaak. De gevolgen van een beëindiging reiken echter verder dan alleen de opzegging zelf. Non-concurrentiebedingen komen vaak ter sprake in de nasleep van een beëindiging, vooral wanneer franchisenemers proberen nieuwe zakelijke activiteiten te ontplooien. Dit onderstreept het belang van een duidelijk en consistent beleid rondom contractuele afspraken.
De zaak Tommy Hilfiger: Wat ging er mis?
In deze zaak had een franchisenemer afspraken geschonden door samen te werken met concurrerende merken. Het contract bevatte een non-concurrentiebeding dat dergelijke samenwerking verbood. Echter, de franchisegever had dit gedrag jarenlang gedoogd. Toen de franchisegever uiteindelijk besloot het beding te handhaven, oordeelde de rechtbank dat het beding was “uitgeput” vanwege de eerdere stilzwijgende goedkeuring.
De rechtbank benadrukte dat niet alleen de tekst van het contract bepalend is, maar ook hoe beide partijen feitelijk met het beding zijn omgegaan. Door jarenlang geen actie te ondernemen tegen schendingen van het beding, had de franchisegever impliciet afstand gedaan van haar recht om het beding af te dwingen.
Juridische en praktische lessen
De zaak Tommy Hilfiger laat zien hoe belangrijk consistentie en duidelijkheid zijn bij het handhaven van contractuele verplichtingen.
1. Consistentie en handhaving
Franchisegevers moeten consequent optreden bij schendingen van non-concurrentiebedingen. Langdurig gedogen kan worden gezien als stilzwijgende instemming, waardoor het beding zijn afdwingbaarheid verliest. Dit benadrukt het belang van tijdig optreden en heldere communicatie met franchisenemers.
2. Bewijslast
Voor franchisenemers is het cruciaal om schriftelijk vast te leggen hoe de franchisegever omgaat met schendingen van contractuele afspraken. Eerdere gedragingen van de franchisegever kunnen als bewijs dienen om de afdwingbaarheid van het beding te betwisten.
3. Duur en reikwijdte
Non-concurrentiebedingen moeten proportioneel zijn in duur en geografische reikwijdte. Te brede of langdurige beperkingen kunnen als onredelijk worden beschouwd en leiden tot juridische conflicten.
Impact van de Wet franchise
De Wet franchise, geïntroduceerd in 2021, stelt strengere eisen aan franchiseovereenkomsten, waaronder non-concurrentiebedingen. Zo moeten deze bedingen:
• Duidelijk worden omschreven: De exacte reikwijdte en duur moeten expliciet zijn.
• Evenwichtig zijn: Het beding mag niet onnodig beperkend zijn voor de franchisenemer.
• Onderdeel zijn van precontractuele informatie: Franchisegevers moeten het beding tijdig en volledig toelichten.
De wet biedt franchisenemers extra bescherming door te eisen dat afspraken transparant en redelijk zijn.
Praktische Aanbevelingen
Voor Franchisegevers
• Contractuele discipline: Zorg ervoor dat non-concurrentiebedingen helder zijn omschreven en juridisch houdbaar zijn.
• Actief toezicht: Handhaaf het beding consistent en reageer direct op overtredingen.
• Documentatie: Leg schriftelijk vast hoe u reageert op potentiële schendingen.
Voor Franchisenemers
• Ken uw rechten: Begrijp de beperkingen en reikwijdte van het beding voordat u de overeenkomst ondertekent.
• Wees alert op gedragingen van de franchisegever: Gedogen of inconsistent gedrag kan in uw voordeel werken bij een geschil.
• Vraag juridisch advies: Als u twijfelt over de geldigheid of afdwingbaarheid van een beding, is professioneel advies essentieel.
Conclusie
De zaak Tommy Hilfiger toont aan dat de naleving en handhaving van non-concurrentiebedingen niet alleen afhankelijk is van de tekst in de overeenkomst, maar ook van het gedrag van de partijen. Franchisegevers en franchisenemers doen er goed aan om hun rechten en verplichtingen helder te hebben en consequent te handelen.
In Deel 3 van deze serie bespreken we hoe de standstill-periode franchisenemers beschermt en wat er gebeurt als deze regels worden overtreden. Deze precontractuele bescherming is een belangrijk instrument in het kader van eerlijke franchisepraktijken.